Kwaad. Ontgoocheld.
Bang. Onrustig.
Paniek. Pijn.
Schuld. Of gevolg.
Rekening houden. Uitlokken.
Dag om zeep.
Dag dag.
Dag leven.
Da-ag.
"Je overdrijft. Een beetje belachelijk. Niet veralgemenen. En stop met dat gesmak of ik sla je in elkaar."
Zelfportret als mens. Waar is dat ding.
Zo is het, zo voelt het.
Geen poging tot poëzie. En toch zoveel drama.
Het leven is een ramp. Vooral dan voor mij en de mensen die met mij moeten leven.
Ik wou dat het niet zo was. Ik zou wenen van blijdschap in plaats van uit onmacht.
Ook dit mag ik niet doen. Schrijven. Me erin verliezen. De gevoelens laten komen.
Uit mijn vingers stromen tranen die ik anders nooit kan vinden. Zacht verdriet. Wenen omdat het kan.
Alleen.